Fout 1: Isolatie proppen
Prop nooit zachte isolatiematerialen uit minerale wol, zoals glaswol, wanneer je jouw dak isoleert.
Waarom niet?
Het heeft geen zin om bijvoorbeeld 18 cm isolatie samen te drukken wanneer je maar 10 cm plaats hebt. Het zal de goed isolerende werking van jouw isolatie tenietdoen. Het is net de droge, stilstaande lucht in de isolatie die zal zorgen voor de goede isolerende eigenschappen. Bij het te fel indrukken van de isolatie, duw je de lucht uit de isolatie.
Zachte isolatiematerialen worden soms gecomprimeerd in een isolatierol verpakt, maar bij het openen van de verpakking neemt de isolatie de juiste dikte aan.
Wat wel doen?
Kies steeds de juiste isolatiedikte voor de dak structuur die je wilt isoleren. Eén cm extra isolatiedikte en breedte is ideaal om een mooi sluitende plaatsing te bekomen voor jouw dakisolatie.
Fout 2: Verkeerd type isolatie gebruiken
Er bestaan heel wat soorten isolatiematerialen: dekens of panelen uit glaswol, panelen uit PUR-PIR, losse isolatievezels zoals glaswol of cellulose, gespoten PUR, … Staar je niet blind op het isolatiemateriaal met de beste isolatiewaarde. Zo voorkom je dat je het foute type isolatie kiest voor jouw isolatieproject.
Waarom niet?
Het verkeerde type isolatie voor jouw dak zal altijd minder renderen dan een correct geplaatst isolatiemateriaal.
Wat wel doen?
Kies steeds de juiste materialen voor ieder specifiek project. Zo zijn zachte isolatiematerialen uitermate geschikt om tussen een houten structuur te plaatsen, terwijl harde isolatiepanelen zorgen voor een optimale, snelle en druk vaste plaatsing bij vlakke oppervlakken. Onregelmatige of moeilijk bereikbare bouwdelen vragen om een ingeblazen isolatie of een isolatielaag uit gespoten PUR.
Fout 3: Luchtdichting vergeten
Vergeet nooit een luchtdichte afwerking van jouw dakisolatie.
Waarom niet?
Door een falende luchtdichting kan een perfecte isolatie zijn goede werking verliezen. Denk maar aan een wandeling op het strand op een winterdag. Een dikke wollen trui zal niet volstaan om je warm te houden, de koude wind zal namelijk dwars door jouw trui blazen.
Wat wel doen?
Dek jouw dakisolatie af met een luchtscherm, kleef alle naden af en dicht kieren en spleten met isolatieschuim. Zo voorkom je onnodig warmteverlies en houd je de koude tocht buiten.
Fout 4: Geen of verkeerd type dampscherm voorzien
Zorg ervoor dat je geen dampscherm vergeet bij dakisolatie of dat je een verkeerd type voorziet.
Waarom niet?
Binnenin de woning creëer je, door te leven en te koken, warme en vochtige lucht. Deze warme en vochtige lucht mag niet door de isolatie heen gaan en in contact komen met het koude onderdak. Zo zou deze binnen lucht kunnen condenseren op de koude oppervlakken en zorgen voor vochtproblemen of schimmels.
Wat wel doen?
Met een dampscherm hou je de warme en vochtige binnen lucht weg van de koude oppervlakken. Door een gecontroleerde ventilatie kan je jouw woning voorzien van verse lucht. Plaats steeds de meer dampdichte materialen aan de binnenzijde en de meer dampopen materialen aan de buitenzijde van de woning.
Fout 5: Thermische isolatie is niet gelijk aan akoestische isolatie
Naast goede thermische isolatie mag je zeker de akoestiek niet vergeten.
Waarom niet?
Een hellend dak is meestal een lichte constructie en houdt moeilijk storende geluiden buiten.
Wat wel doen?
Zachte isolatiematerialen uit minerale of houtwol zullen het dak bijkomend akoestisch isoleren en storende geluiden buiten houden. Harde isolatiematerialen zorgen voor de beste thermische isolatie, maar scoren minder goed op akoestische isolatie.
Hou dus zeker rekening bij jouw dakisolatie met de akoestische eigenschappen van de verschillende isolatiematerialen.